
1. Inleiding
1
1. INLEIDING
1.1 CLOSTRIDIUM DIFFICILE: DE KIEM
1.1.1 ALGEMENE KENMERKEN
Clostridium difficile is een strikt anaerobe, Gram-positieve, sporevormende, staafvormige
bacterie (Figuur 1.1 A)(Paredes et al., 2005). Sommige C. difficile stammen zijn bewegelijk
met behulp van peritrieche zweepharen (Figuur 1.1 B). Door de uniforme distributie van
zweepharen op het celoppervlak kan de bacterie tuimelen en zich voortbewegen op een erg
snelle en efficiënte manier (Tasteyre et al., 2000).
Figuur 1.1 C. difficile bacterie. A) Scanning
elektronenmicroscopie (SEM) van C. difficile
(Encyclopedie, 2014). B) Transmissie
elektronenmicroscopie (TEM) van pathogene C.
difficile. Figuur overgenomen uit Baban et al.
(Baban et al., 2013).
C. difficile is heterotroof en haalt zijn energie, in de vorm van adenosinetrifosfaat (ATP), uit
de anaerobe fermentatie van verschillend organisch materiaal. De bacterie is auxotroof voor
vijf essentiële aminozuren namelijk leucine, isoleucine, proline, tryptofaan en valine.
Toevoeging van een zesde aminozuur, met name glycine, versnelt de groei van C. difficile
significant (Jackson et al., 2006). Doordat C. difficile de aerobe respiratie machinerie
ontbreekt, kan deze strikt anaerobe bacterie slechts 24 u lang in aanwezigheid van zuurstof
overleven in zijn vegatieve (bacteriële) vorm. Als spore kan C. difficile tot twee jaar overleven
op dood materiaal in aanwezigheid van zuurstof (Kim et al., 1981).
Het genoom van C. difficile bestaat uit een circulair chromosoom van 4.290.252 basenparen
(bp)(29,1% guanine-cytosine (GC) inhoud) en een circulair plasmide van 7.881 bp (27,9% GC
inhoud). Elf procent van het genoom bestaat uit mobiele genetische elementen zoals
conjugatieve transposons. Deze elementen bevatten genen verantwoordelijk voor
antimicrobiële resistentie (o.a. tegen tetracycline en erythromycine), virulentie,
gastheerinteractie en de productie van adhesiemoleculen. Door middel van horizontale
gentransfer kan het bacterieel genoom zich aanpassen en zo inspelen op een veranderde
omgeving (Brouwer et al., 2011, Brouwer et al., 2012; Sebaihia et al., 2006).
Comentarios a estos manuales